Mijn ex wil het huis niet verkopen. Wat kan ik doen?
Het komt geregeld voor dat mensen na het verbreken van hun relatie een geschil krijgen over de verdeling van hun gezamenlijke woning. Soms wil een van de twee graag in het huis blijven wonen, maar duurt het erg lang om uit te zoeken of dit financieel ook haalbaar is. De andere partij wil dan graag duidelijkheid.
Immers, zo lang het huis op beider naam staat, is het vaak niet mogelijk om zelf een nieuw huis te kopen. Degene die in het huis verblijft, heeft doorgaans niet zoveel haast met vertrekken. Hij/zij heeft immers een dak boven het hoofd en vaak is vervangende woonruimte niet zo eenvoudig te vinden. Particulier huren is duur, bij de woningbouwverenigingen bestaan lange wachtlijsten en een betaalbare nieuwe koopwoning vinden in de huidige oververhitte huizenmarkt valt ook niet mee. Wat kunt u doen op het moment dat u in zo’n situatie zit en u graag wilt dat het huis in de verkoop gaat?
In de eerste plaats is van belang om te weten of er al een beslissing is genomen over de vraag of het huis aan een van twee van partijen wordt toegedeeld, of dat het verkocht wordt. Een dergelijke beslissing kan juridisch worden gezien als een verdeling. Als er al een beslissing is over de verdeling en u vervolgens voldoende spoedeisend belang heeft bij een voorziening van de rechter, dan zou een kort geding mogelijkheden kunnen bieden. Ik leg dit uit aan de hand van het volgende voorbeeld.
Casus Pieter en Sandra: wel afspraken op papier
Pieter en Sandra zijn getrouwd geweest. In hun echtscheidingsconvenant hebben zij afgesproken dat Pieter tot drie maanden na ondertekening van het convenant de tijd krijgt om het aandeel van Sandra in de woning van haar over te nemen. De bank moet daarmee akkoord gaan. Sandra hoort maar niets van Pieter. Zij vraagt hem meerdere keren hoe het ervoor staat, maar hij reageert niet of zegt dat de stukken nog bij de bank liggen. Na een half jaar heeft Sandra er genoeg van; ze wil graag haar aandeel in de overwaarde van de woning ontvangen, zodat zij dit bedrag kan investeren in een volgende koopwoning.
Omdat Pieter en Sandra al afspraken hebben gemaakt over de verdeling, kan Sandra, als zij voldoende spoedeisend belang heeft bij haar vordering, een kort geding starten tegen Pieter. In dit kort geding kan zij bijvoorbeeld vorderen dat Pieter, indien hij de woning niet binnen een bepaalde termijn over kan nemen, zijn medewerking dient te verlenen aan verkoop van de woning. Tevens kan zij vragen om hieraan een dwangsom te verbinden. Zij kan zelfs aan de rechtbank vragen om Pieter te veroordelen zijn medewerking te verlenen aan het toelaten van de makelaar tot de woning in verband met het maken van foto’s en het rondleiden van potentiële kopers. Ook kan zij vorderen dat de uitspraak van de rechtbank in de plaats treedt van de voor de overdracht van de woning benodigde handtekening van Pieter.
Casus Pieter en Sandra: geen afspraken op papier
De situatie komt er echter anders uit te zien, als Pieter en Sandra in hun convenant géén afspraken hebben gemaakt over de verdeling van de woning (of er überhaupt geen convenant is). Dat zien we bijvoorbeeld wanneer partijen hebben besloten om de woning nog enige tijd onverdeeld te laten. Ook komt dit geregeld voor wanneer mensen niet getrouwd waren, maar wel samenwoonden en gezamenlijk een huis bezaten. In die situatie is een echtscheidingsconvenant immers niet verplicht en worden vaak in onderling overleg afspraken gemaakt, zonder dat er een convenant wordt opgesteld. Stel nu dat Pieter en Sandra geen schriftelijke afspraken hebben gemaakt over verkoop van de woning. Er is dan dus nog geen verdeling tot stand gekomen.
Stel dat Sandra wil dat de woning zo snel mogelijk verkocht wordt, bijvoorbeeld omdat zij zelf een nieuw huis heeft gevonden maar dit huis pas kan financieren op het moment dat zij ontslagen is uit de hoofdelijke aansprakelijkheid van de hypotheek op de gezamenlijke woning. Sandra heeft dan een spoedeisend belang bij snelle verkoop van het huis. In deze situatie is het echter de vraag of Sandra een kort geding kan starten. Meerdere rechters hebben namelijk geoordeeld dat het niet mogelijk is om in kort geding een opdracht te geven tot het meewerken aan verkoop van een woning, indien die woning nog niet verdeeld is. Hierover wordt in rechtspraak en literatuur verschillend gedacht. In de praktijk zien we dat sommige voorzieningenrechters kiezen voor een praktische benadering en de gedaagde partij veroordelen tot het meewerken aan verkoop van een woning wanneer het evident is dat deze persoon de woning zelf niet kan overnemen en daarmee glashelder is dat de woning verkocht moet worden. Daartegenover staan de rechters die een meer formele benadering hanteren en oordelen dat een kort geding zich niet leent voor een belangrijke beslissing als de verdeling van een woning. Zij oordelen dat hiervoor een bodemprocedure nodig is.
Op dit moment is het voor rechtzoekenden zeer onduidelijk of het zin heeft om een kort geding te starten wanneer zij zich in deze situatie bevinden. Zij lopen het risico een rechter te treffen die hun vordering op formele gronden afwijst. Hun enige alternatief is dan het starten van een bodemprocedure. Het nadeel daarvan is dat deze procedure zeer lang duurt. Een oplossing op korte termijn is er dan niet, om nog maar te zwijgen over de advocaatkosten die een bodemprocedure met zich brengt.
Oplossing huis verdelen na scheiding?
Over dit onderwerp schreef ik een artikel in het EB Tijdschrift voor Scheidingsrecht. In dit artikel betoog ik dat het juridisch wel degelijk mogelijk is om een gedaagde in kort geding te veroordelen zijn of haar medewerking te verlenen aan verkoop van een woning, ook wanneer deze woning nog niet verdeeld is.
Vragen over dit artikel? Neem contact op:
Geeske
van Campen
Advocaat
Vestiging ’s-Hertogenbosch
Spread the word. Share this post!
Stijgende faillissementen in 2024: wat betekent dit voor uw bedrijf?
Stijgende faillissementen in 2024: wat betekent dit voor uw bedrijf?
DATA-ACT
DATA-ACT
Nieuw Hoofdlijnenakkoord: wat betekent dit voor jou als werkgever?
Nieuw Hoofdlijnenakkoord: wat betekent dit voor jou als werkgever?
Naar transparantie en efficiëntie: de innovatieve wijzigingen in het bewijsrecht
Naar transparantie en efficiëntie: de innovatieve wijzigingen in het bewijsrecht